Artikelen

FAQ

Welke richtlijnen volgt het OM bij het opleggen van straffen?

Welke richtlijnen houdt het OM aan bij het opleggen van een strafbaar?

Het Openbaar Ministerie (OM) in Nederland volgt verschillende richtlijnen en beleidsregels bij het beslissen over de vervolging en het opleggen van straffen. Deze richtlijnen zijn bedoeld om een consistente en rechtvaardige behandeling van strafbare feiten te waarborgen. Hieronder volgen enkele belangrijke aspecten die het OM in overweging neemt:

1. Wetgeving

Het OM is gebonden aan de Nederlandse wetgeving, waaronder het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering. Deze wetten bevatten de basisregels voor wat strafbaar is en welke straffen mogelijk zijn.

2. Aanwijzingen van het College van procureurs-generaal

Het College van procureurs-generaal geeft aanwijzingen die het OM moet volgen. Deze aanwijzingen bevatten gedetailleerde richtlijnen over hoe bepaalde soorten zaken moeten worden behandeld. Ze zijn bedoeld om een uniforme toepassing van het strafrecht te bevorderen.

3. Richtlijnen voor strafvordering

Het OM heeft specifieke richtlijnen voor strafvordering opgesteld die betrekking hebben op verschillende soorten delicten, zoals verkeersdelicten, geweldsdelicten, en economische criminaliteit. Deze richtlijnen geven aan welke straffen passend worden geacht voor bepaalde overtredingen en misdrijven.

4. Zwaarte van het delict

Bij het bepalen van de strafmaat houdt het OM rekening met de ernst van het delict, de omstandigheden waaronder het is gepleegd, en de gevolgen voor het slachtoffer. Ernstige misdrijven zoals geweldpleging en ernstige fraude zullen doorgaans zwaarder worden bestraft dan minder ernstige overtredingen.

5. Persoonlijke omstandigheden van de verdachte

Het OM houdt ook rekening met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals eerdere veroordelingen, leeftijd, en sociale omstandigheden. Dit kan invloed hebben op de beslissing om te vervolgen en op de hoogte van de straf.

6. Slachtofferbelangen

Het OM neemt de belangen van het slachtoffer in overweging, zoals de behoefte aan genoegdoening en herstel. Slachtoffers hebben onder bepaalde omstandigheden ook inspraak in het strafproces.

7. Opportuniteitsbeginsel

Het OM maakt gebruik van het opportuniteitsbeginsel, wat betekent dat het OM kan beslissen om niet te vervolgen als dat in het algemeen belang is. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn als vervolging niet proportioneel is of als er andere manieren zijn om het conflict op te lossen.

Door deze richtlijnen en overwegingen te volgen, streeft het OM naar een eerlijke en consistente toepassing van het strafrecht.

FAQ

Wat betekent strafverzwarend bij voetbalgeweld?

Straf bij voetbalgeweld openbare geweldpleging wordt strafverzwarend berekend. Wat betekent dit?

Wanneer in juridische context gesproken wordt over dat “straf bij voetbalgeweld openbare geweldpleging strafverzwarend wordt berekend,” betekent dit dat de straf voor dit specifieke delict zwaarder kan uitvallen dan voor vergelijkbare delicten zonder het aspect van voetbalgeweld.

Wat houdt dit in?

  • Strafverzwarende omstandigheden: In de strafrechtelijke praktijk zijn er bepaalde omstandigheden die een delict ernstiger maken, wat kan leiden tot zwaardere straffen. Bij voetbalgeweld gaat het vaak om openlijke geweldpleging tijdens of rondom voetbalwedstrijden. Dit wordt als ernstiger gezien vanwege de mogelijke impact op de openbare orde en veiligheid.

  • Openbare geweldpleging: Dit verwijst naar het gebruik van geweld in een publieke ruimte, waarbij meerdere personen betrokken zijn. Dit kan bijvoorbeeld vechtpartijen in of rondom een voetbalstadion betreffen.

  • Juridische gevolgen: De rechter kan bij het opleggen van een straf rekening houden met het feit dat het geweld plaatsvond in de context van een voetbalwedstrijd, en kan daardoor een hogere straf opleggen dan normaal het geval zou zijn bij geweldpleging.

  • Samenvattend betekent dit dat de jurisprudentie en wetgeving rondom openbare geweldpleging bij voetbalwedstrijden voorziet in hogere straffen vanwege de specifieke omstandigheden waarin het geweld plaatsvindt.

    FAQ

    Kan ik worden aangehouden voor poging zware mishandeling?

    Juridische Beoordeling van de Situatie

    Op basis van de beschrijving van de situatie waarin je wordt geraakt door een brandende fakkel en deze in een reflex weggooit terwijl je ervoor zorgt dat er geen mensen worden geraakt, kan er een juridische beoordeling worden gemaakt.

    Elementen van Poging Zware Mishandeling

    • Opzet (willens en wetens handelen)
    • Handeling gericht op het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel
    • Geen rechtvaardigingsgrond (bijv. noodweer)

    In jouw geval lijkt het erop dat er geen sprake is van opzet om iemand zwaar lichamelijk letsel toe te brengen. Je handelde in een reflex als reactie op een gevaarlijke situatie die je niet zelf hebt veroorzaakt.

    Noodweer

    Daarnaast kan er mogelijk sprake zijn van noodweer, een rechtvaardigingsgrond waarbij je handelt ter verdediging van jezelf of anderen tegen een ogenblikkelijke, wederrechtelijke aanranding. Het feit dat je hebt gekeken waar je de fakkel weggooit om ervoor te zorgen dat niemand wordt geraakt, kan als een zorgvuldige handeling worden gezien.

    Conclusie

    Op basis van de gegeven informatie lijkt het onwaarschijnlijk dat je voor poging zware mishandeling zou worden aangehouden. Er is geen opzet om iemand te verwonden, en je handeling kan worden gerechtvaardigd als noodweer.

    Het is echter altijd raadzaam om juridisch advies in te winnen bij een gespecialiseerde advocaat om de specifieke details van je situatie te bespreken en een definitieve beoordeling te krijgen.

    FAQ

    Kan ik verdacht worden van zware mishandeling door reflex?

    Kan ik worden verdacht van poging tot zware mishandeling?

    Analyse van de situatie

    Op basis van de gegeven situatie kan het incident juridisch worden beoordeeld vanuit meerdere perspectieven. De kernvraag is of het teruggooien van de brandende fakkel kan worden gezien als poging tot zware mishandeling. Hier volgen enkele belangrijke juridische overwegingen:

    1. Noodweer

  • Noodweer is een juridische rechtvaardigingsgrond waarbij een persoon niet strafbaar is indien hij een strafbaar feit pleegt ter verdediging van zichzelf of een ander tegen een ogenblikkelijke en wederrechtelijke aanranding.

  • In jouw situatie kan worden betoogd dat het teruggooien van de brandende fakkel een reflexmatige handeling was in een poging om jezelf te verdedigen tegen een plotselinge en directe bedreiging.

  • 2. Proportionaliteit en Subsidiariteit

  • De handeling moet proportioneel zijn ten opzichte van de dreiging en er mag geen minder ingrijpende manier zijn om jezelf te verdedigen.

  • Als de teruggooi van de fakkel niet proportioneel is of als er een minder gevaarlijke manier was om jezelf te beschermen, kan het beroep op noodweer worden afgewezen.

  • 3. Opzet

  • Voor poging tot zware mishandeling moet er sprake zijn van opzet of voorwaardelijk opzet (bewuste aanvaarding van een aanmerkelijke kans).

  • Als jouw handeling puur reflexmatig was en er geen opzet aanwezig was om iemand te verwonden, kan dit een belangrijke factor zijn in jouw verdediging.

  • Conclusie

    Of je daadwerkelijk wordt verdacht van poging tot zware mishandeling hangt af van een gedetailleerde analyse van de specifieke feiten en omstandigheden, met inbegrip van de intentie, de proportionaliteit van je reactie, en de onmiddellijke dreiging die je ervoer. Het is raadzaam om juridisch advies in te winnen bij een strafrechtadvocaat die je kan helpen om je situatie beter te beoordelen en je verdediging te plannen.

    FAQ

    Wat houdt ‘begin van de uitvoering’ in bij zware mishandeling?

    Wat betekent ‘begin van de uitvoering’ bij poging tot zware mishandeling?

    In het Nederlandse strafrecht is een poging tot een misdrijf strafbaar gesteld onder artikel 45 van het Wetboek van Strafrecht. Voor een poging is vereist dat er sprake is van een ‘begin van de uitvoering’. Dit houdt in dat de dader handelingen moet hebben verricht die naar hun uiterlijke verschijningsvorm moeten worden beschouwd als te zijn gericht op de voltooiing van het voorgenomen misdrijf.

    Criteria voor ‘begin van de uitvoering’

    • Objectief waarneembare handelingen: De handelingen moeten objectief waarneembaar zijn en naar hun aard gericht op de voltooiing van het misdrijf.
    • Concrete gedragingen: Er moet sprake zijn van concrete gedragingen die een directe samenhang vertonen met het beoogde misdrijf.
    • Gevaarzetting: De handelingen moeten feitelijk een begin van realisering van het misdrijf inhouden, waardoor er een reëel gevaar ontstaat dat het misdrijf ook daadwerkelijk zal worden voltooid.

    Bij poging tot zware mishandeling zou dit bijvoorbeeld kunnen betekenen dat de dader een wapen heeft gepakt en gericht heeft op het slachtoffer, of een ander middel heeft gebruikt waarmee hij direct zou kunnen overgaan tot zware mishandeling. De handelingen moeten dus een zodanige fase hebben bereikt dat het misdrijf bijna wordt voltooid, maar door omstandigheden buiten de wil van de dader om niet wordt voltooid.

    Jurisprudentie

    De interpretatie van wat precies een ‘begin van de uitvoering’ inhoudt, is mede afhankelijk van de feiten en omstandigheden van het specifieke geval en de jurisprudentie. Rechters beoordelen per geval of er voldoende handelingen zijn verricht om te spreken van een begin van de uitvoering.

    Samenvattend betekent ‘begin van de uitvoering’ bij poging tot zware mishandeling dat de dader handelingen moet hebben verricht die direct en concreet gericht zijn op het plegen van zware mishandeling, waardoor een reëel gevaar voor de voltooiing van het misdrijf ontstaat.

    FAQ

    Kun je verdacht worden van poging tot zware mishandeling zonder intentie?

    Kun je wanneer je de intentie niet had om iemand iets aan te doen en dit ook niet eerst gebeurd verdacht worden van poging tot zware mishandeling?

    Juridische Analyse

    In het Nederlandse strafrecht wordt voor de verdenking van poging tot zware mishandeling doorgaans gekeken naar twee hoofdcomponenten: de intentie (opzet) en een begin van uitvoering van de daad. Beide componenten zijn cruciaal voor een succesvolle vervolging.

    Intentie (Opzet)

    • De intentie speelt een centrale rol bij de beoordeling van een poging tot zware mishandeling. Zonder opzet is het zeer moeilijk om iemand te veroordelen voor een poging tot een misdrijf. Opzet kan in verschillende vormen bestaan, zoals direct opzet, voorwaardelijk opzet (bewuste aanvaarding van de aanmerkelijke kans), enz.

    Begin van Uitvoering

    • Naast de intentie moet er ook sprake zijn van een begin van uitvoering van de daad. Dit betekent dat er al handelingen moeten hebben plaatsgevonden die direct gericht zijn op het voltooien van het misdrijf.

    Conclusie

    Als je daadwerkelijk geen intentie had om iemand iets aan te doen en er ook geen begin van uitvoering van een dergelijke daad heeft plaatsgevonden, is het juridisch zeer onwaarschijnlijk dat je succesvol verdacht kunt worden van poging tot zware mishandeling. Beide elementen (opzet en begin van uitvoering) moeten aanwezig zijn om een dergelijke verdenking te rechtvaardigen.

    Ontvang direct hulp

    U wordt vandaag gratis en vrijblijvend teruggebeld door een ervaren strafrechtadvocaat.


    Vragen?

    Onze experts helpen bij al uw vragen

    088 181 0349
    • Binnen 24 uur.
    • Gratis en vrijblijvend.
    • Specialist uit uw regio.
    • Expertise in bemiddeling van gespecialiseerde pro deo advocaten.
    • Toegankelijke juridische bijstand voor cliënten met beperkte financiële middelen.
    • Gegarandeerde kwaliteit en tevredenheid door zorgvuldige selectie en matching van advocaten.
    logo

    Neem direct contact op

    Contactformulier 088 181 0349